Baarnse Indië-veteraan (97) krijgt onderscheiding
Afgelopen zaterdag tijdens de Baarnse Veteranendag is ons ‘oudste clublid’ (97) Loek Brand door burgemeester Mark Röell onderscheiden met het Ereteken voor Orde en Vrede met gespen, plus het Mobilisatie Oorlogskruis. De heer Brand is al sinds eind 1994 lid van Orchideeënvereniging ‘t Gooi en komt nog regelmatig op de clubavonden.
Hieronder het artikel uit de Gooi en Eemlander: http://het Ereteken voor Orde en Vrede met gespen, plus het Mobilisatie Oorlogskruis.

plantbespreking clubavond donderdag 16 juni 2016
BAARN – Onder het luide applaus van tientallen Baarnse veteranen werd zaterdag tijdens de Baarnse Veteranendag de inmiddels 97-jarige oud KNIL-officier Lodewijk (Loek) Brand door burgemeester Mark Röell onderscheiden. Hij kreeg het Ereteken voor Orde en Vrede met gespen, plus het Mobilisatie Oorlogskruis. Ook mocht hij ’eindelijk’ het Demobilisatie Insigne van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL) ontvangen.
De militair werd op 5 juli 1941 bevorderd tot reserve-tweede luitenant der Infanterie van het KNIL. Kort daarna brak de oorlog met Japan uit. ,,Op 12 december 1941 meldde ik mij, op de datum van de mobilisatieopkomst in voormalig Nederland Indië, bij het 11de Bataljon, gelegerd te Meester Cornelis. Maar tegen de overmacht van de binnenvallende Japanners konden we uiteindelijk niets uitrichten.”
Brand werd gevangengenomen en heeft vanaf 8 maart 1942 tot 15 augustus 1945 als krijgsgevangene in diverse kampen gezeten, waaronder Nakom Najok te Siam (nu Thailand). Na zijn vrijlating heeft hij zich aangemeld bij het 1e Java Bataljon, dat in Tamuan te Siam werd geformeerd. ,,Dat bataljon hadden we al min of meer tijdens het werk in Siam aan de spoorlijn geformeerd. Wij Nederlanders waren in een vrij goede fysieke conditie omdat wij ons dieet van rijst dat we van de Jappen kregen wisten aan te vullen met groenten die we zelf ritselden. De Engelsen waren jaloers op hoe wij dat deden en zeiden: ‘Zet een Hollander in de Sahara en hij weet eten te regelen’. Ik draag nog altijd met trots het insigne met de Rode Olifant, het teken van die KNIL-eenheid Gadja Merah.”